Vertelkast (of verteltheater) en vertelplaten

In de groepen 1-4 wordt bij het aanbieden van verhalen gebruik gemaakt van een vertelkast.

De vertelkast is een klein, draagbaar verteltheater. Met behulp van een aantal platen wordt een verhaal interactief voorgelezen of verteld door de leerkracht en/of de kinderen. Door het gebruik van verschillende verteltechnieken wordt de beleving van de vertelling versterkt en daarmee ook de verankering van de begrippen en woorden uit het verhaal.

Deze werkvorm is zeer geschikt voor kinderen met weinig beheersing van de Nederlandse taal; zij hebben veel steun aan de platen, de mime en de handbewegingen van de verteller. Voor ideeën, verteltechnieken en aandachtspunten wordt verwezen naar achtergrondinformatie 7.1 van de onderbouwprojecten.

Uitwerking:

Zie het overzicht van de series vertelplaten (per project):
  1. Vertelplaten in verkeerde volgorde: voor de kinderen
  2. Overzicht vertelplaten (in de goede volgorde): voor docenten (in ontwikkeling)
  3. Vertelplaten via het digibord: voor docenten (in ontwikkeling)

Voorbeeld van twee projecten:

Project 3: 'Een kameel ziet sterretjes'
Project 4: 'Wakker worden voor het opstaan'
Werkbeschrijving van de vertelkast Enkele beeldfragmenten Verdere informatie

Handpop Leffie

Handpoppen

In veel lessen wordt de handpop Leffie gebruikt als identificatiefiguur en/of als aangever van verhalen, als richtinggever, initiator of dwarsligger bij een zoekproces.

DVD’s

Bij alle projecten kunnen ook DVD beelden worden ingezet. Als inleiding om een zoekproces op te starten of als verhaal (zoekontwerp) om kinderen te helpen bij hun zoekproces. De beelden zijn op te vragen middels een DVD of (deels)via hebtlef.nl.
Veel fragmenten kennen een relatief korte tijdsduur. Functioneel gebruik vereist de beschikbaarheid van een DVD recorder/tv in het lokaal.

ICT

Bij de opzet van de methode is bewust gekozen om gebruik te maken van de mogelijkheden van informatie- en communicatietechnologie. De projecten krijgen hierdoor een aantoonbare meerwaarde. Daarbij wordt sterk gelet op het feit dat ICT - toepassing geen doel op zich maar altijd een middel dient te zijn.

Toepassingen:
  1. Digibord: in veel lessen zijn links naar het internet opgenomen met het oog op het aanbieden van (actuele) beeldfragmenten. De verwijzingen zijn als hyperlink ook te vinden op deze website via de link actualisering.
  2. Internet / Heb ’t lef!: Regelmatig worden de kinderen in staat gesteld om verwerkingsopdrachten digitaal te maken (zie kids werkbladen) en gebruik te maken van internetverwijzingen, op Heb ’t lef! (informatiebladen, spelletjes, dilemma van de week, geestelijke stromingen) en andere websites.
    Verder wordt op hebtlef.nl (via de link ‘actualisering’) de methode wekelijks geactualiseerd middels o.a.:
    • Artikelen / berichten uit kranten, tijdschriften en internet
    • Nieuwe (aanvullende of vervangende) lessen / beeldfragmenten
    • Nieuwe digibord verwijzingen
    • Een wekelijks moreel dilemma
  3. Email: De kinderen kunnen e-mailen naar kinderen van andere basisscholen instanties of organisaties voor de benodigde informatie. Als bij lessen de mogelijkheid wordt geboden informatie te verzamelen door een e-mail te sturen naar bijv. islamitische of hindoestaanse scholen, dan krijgen kinderen deze uit de eerste hand en niet van iemand die in een andere traditie staat.