Voorbeeld: Les 1A van het kerstproject 'Een kameel ziet sterretjes'
voor groep 1 en 2

Les 1A
Titel Hallo baby!
Thema Geboorte.
Benodigdheden Computer, vertelkast met vertelplaten, aanschouwelijk materiaal rondom geboorte, verf, kleurpotloden, tekenvellen, klei, vouwblaadjes, themahoek met kijktafel,  informatiebladen 1A.11A.21A.31A.4 achtergrondinformatie 7.1  en  7.2
Doelstelling De kinderen herkennen en ervaren het gevoel van verwondering rondom een geboorte en maken kennis met verschillende manieren om daar uiting aan te geven.
Inleiding
      U neemt de kinderen aan het begin van deze les mee naar een theatervoorstelling. De kinderen nemen plaats in de kring, rondom de vertelkast, die op een goed zichtbare plaats staat. De kinderen gaan kijken en luisteren naar het verhaal  "De verrassing"  (zie  informatieblad 1A.1).
      Bij dit verhaal horen zeven vertelplaten in de vertelkast, die het verhaal visueel ondersteunen.

      De vertelkast is een klein, draagbaar verteltheater. Met behulp van een aantal platen wordt een verhaal interactief voorgelezen of verteld door de leerkracht en/of de kinderen. Door het gebruik van verschillende verteltechnieken wordt de beleving van de vertelling versterkt en daarmee ook de verankering van de begrippen en woorden uit het verhaal. Deze werkvorm is zeer geschikt voor kinderen met weinig beheersing van de Nederlandse taal; zij hebben veel steun aan de platen, de mime en de handbewegingen van de verteller. Voor ideeën, verteltechnieken en aandachtspunten verwijzen we naar de  achtergrondinformatie 7.1 .

      Tip: vanwege de kwaliteit van het verhaal is het in dit geval aan te raden het verhaal voor te lezen met behulp van de vertelkast. Op  informatieblad 1A.1  is aangegeven op welk moment de platen gewisseld moeten worden.


Zoekproces

      In het navolgende kringgesprek verkent u met de kinderen hun eigen ervaringen m.b.t. geboorte en de daarbij behorende rituelen.

      Mogelijke vragen/aandachtspunten:

      • Wie wil er iets vertellen?
      • Wie van jullie heeft een broertje/zusje gekregen?
      • Vond je het net zo spannend als Iris en Michiel?
      • Weet iemand hoe een baby eruit ziet?
      • Zien alle baby's er hetzelfde uit?
      • Welke dingen zijn er in huis voor de baby?
      • Wie weet hoe een geboortekaartje eruit ziet?
      • Wat wordt er met een geboortekaartje verteld?
      • Gebruiken:
        • Beschuit met muisjes.
        • Een ooievaar voor het huis.
        • Krentenwegge eten.
        • Honing vermengd met boter op de tong van baby's brengen terwijl men mantra's in het rechteroor fluistert (Hindoestaans).
        • Blauwe kleurstof op het voorhoofd van de baby ter bescherming (Hindoestaans, Suriname).
        • Blauwe kleurstof op de voetzolen en het hoofd (Antillen).
        • Het kind krijgt gouden speldjes of blauwe steentjes ter bescherming ( Turkije).
        • Het kind wordt ingesmeerd met zout tegen boze geesten (Turkije).
        • De geloofsbelijdenis (Er is geen God dan Allah en Mohammed is zijn profeet) in de oren van de baby fluisteren (Islamitisch).
        • Insmeren van moeder en baby met rode henna (Marokkaans).
        • Het kind krijgt een blauwe kraal ter bescherming (Marokko).

      Voor meer informatie rondom gebruiken bij een geboorte kunt u  achtergrondinformatie 7.2  raadplegen.


      Het is noodzakelijk tijdens dit kringgesprek gebruik te maken van aanschouwelijk materiaal. Te denken valt aan:

      • Indien mogelijk: een echte baby
      • Geboortekaartjes
      • Kinderwagen, wiegje
      • Rammelaar, speen
      • Verschillende babyfoto's
      • Babykleertjes
      • Beschuit met muisjes (laat de kinderen proeven!)
      • Een schaaltje honing vermengd met boter (proeven!)
      • Ooievaar, etc.


Verwerking

      Er zijn verschillende mogelijkheden:
      • De kinderen maken een geboortekaartje.   U kunt ze dit laten beschilderen, beplakken of kleuren. Kinderen die er aan toe zijn kunnen zelf hun naam schrijven.
        Het is ook mogelijk het geboortekaartje te laten samenstellen op de computer.
      • De kinderen maken n.a.v. het verhaal zelf tekeningen voor de vertelkast en vertellen er hun verhaal bij.
      • U laat de kinderen het verhaal  "Mahassine"  in het Marokkaans en/of in het Nederlands bekijken en beluisteren op de computer (zie  informatieblad 1A.2). Ook is het mogelijk dit verhaal tijdens de speelwerktijd voor te lezen aan een groepje kinderen dat geïnteresseerd is.
      • U kunt kinderen in de themahoek situaties rondom baby's en geboorte laten uitbeelden. Ze kunnen daarbij gebruik maken van de materialen die u hebt laten zien in de kring. U kunt de kinderen bijvoorbeeld beschuit met muisjes laten klaarmaken, of honing laten vermengen met boter in afgepaste hoeveelheden: 1 theelepel boter, drie eetlepels honing. Vervolgens kunnen de kinderen de bijbehorende geboorterituelen naspelen.
      • U kunt kinderen een wiegje laten vouwen. Vooraf een vouwvoorbeeld maken is aan te bevelen.
      • U kunt kinderen verschillende versjes rondom het thema geboorte aanleren (zie  informatieblad 1A.3).
      • U kunt de kinderen een Turks wiegelied aanleren (zie  informatieblad 1A.4).
      • U kunt de kinderen het lied  'Dag baby'  aanleren (zie  informatieblad 1A.5).
      • U kunt de kinderen beschuit met muisjes laten boetseren.
      • In het lokaal (bijv. in de themahoek) kunt u een ruimte creëren voor een kijktafel: kinderen kunnen zelf materialen meebrengen van huis die te maken hebben met het onderwerp  'geboorte'.  Te denken valt aan een navelklem, een armbandje met naam uit het ziekenhuis, babykleertjes, een slabbertje etc. Deze materialen krijgen een plaats op de kijktafel. U kunt de kinderen ook laten vertellen over de meegebrachte materialen.
      • U kunt met alle kinderen of met een klein groepje taalspelletjes doen:
        1. Woorden langer laten maken: geboorte...kaart, geboorte...feest etc. Deze oefening wordt makkelijker wanneer u er plaatjes bij gebruikt.
        2. Het woord-doorgeefspel: u kunt een woord fluisteren in het oor van een kind. Dit kind geeft het woord weer door. Is aan het einde van de rij het woord goed bewaard?
        3. Laat de kinderen bij een gegeven woord een zinnetje bedenken.



Informatieblad 1A.1 Verrassing!
PLAAT  1
'Mogen we nog even buiten spelen?'  vragen Iris en Michiel als ze klaar zijn met eten.
Mamma en papa kijken elkaar aan.
'Mag het nou of mag het niet?'  wil Iris weten.
'We wilden jullie eigenlijk iets vertellen.'  Pappa trekt een geheimzinnig gezicht.
'Een verrassing!'  Iris en Michiel zijn dol op verrassingen. Meteen zitten ze bij pappa en mamma op schoot.
'Vertel dan!'  Iris trekt aan zijn neus.  'Nee, mamma mag het vertellen.'
Mamma krijgt rode wangen. Haar ogen stralen.  'Nou eh...ik eh...We krijgen een baby.' 
'Joepie!'  Iris springt van pappa's schoot en danst door de kamer.  'Ik krijg een zus!'  'Hoera, ik krijg een broer!'  juicht Michiel.  'Ja mam, het is een broertje hè?'
Mama glimlacht.  'Dat weten we nog niet. Pas als het kindje geboren wordt, weten we wat het is.'

PLAAT  2
'Het baby'tje mag lekker bij ons op de kamer!'  jubelt Iris.  'Kom Michiel. We gaan meteen een wiegje van zolder halen.'
'Ja!'  Michiel klapt van blijdschap in zijn handen.  'En de kinderwagen, dan kunnen we morgen met hem rijden. En het badje en de kinderstoel en... .'  Ze willen de kamer al uit hollen.

PLAAT  3
'Wacht eens even, jullie,'  zegt mamma.  'Het duurt nog heel lang voordat het baby'tje geboren wordt.'  'Hoe lang?'  'Eerst wordt het nog Sinterklaas,'  legt pappa uit.  'En dan Kerstmis. En dan ben ik jarig. En pas dan, als de blaadjes bijna aan de bomen komen, wordt het baby'tje geboren.'

PLAAT  4
Teleurgesteld kijken Iris en Michiel elkaar aan.  'En moet het dan al die tijd in jouw buik blijven zitten? Wat saai!'  vindt Iris.  'Het baby'tje vindt het helemaal niet saai,'  lacht mamma.  'Het groeit elke dag. En het zwemt in een heerlijk badje. Dat zit in een soort zakje in mijn buik.'  'Dan moet hij wel zijn oogjes goed dichthouden,'  waarschuwt Michiel.  'Anders krijgt hij prikogen van al dat chloor. Net als met zwemles. Dat doet pijn, hoor.'  Pappa aait Michiel over zijn bol.  'In mamma's buik zit geen chloor. Het is heerlijk zoet water. Vruchtwater noemen ze dat.'
'Maar moet zo'n kleine baby dan nooit slapen?'  vraagt Iris. Mamma knikt.  'Het slaapt in mijn buik. Als ik loop, valt het baby'tje van het geschommel in slaap. En als ik ga zitten of liggen wordt het juist wakker.'  'En hoe moet het baby'tje dan eten?'  vraagt Michiel.  'Want als hij zijn piepkleine mondje opendoet, krijgt hij allemaal water binnen.'  'Ja,'  zegt Iris.  'En dan verslik je je, hoor. Dat is hartstikke rottig.'
'Het baby'tje eet niet door zijn mondje,'  legt mamma uit.  'Het eet door de navelstreng 'De navelstreng...?'  Iris en Michiel schieten in de lach.  'Wat een raar woord. Wat is dat nou weer voor iets? Is dat een soort bord of zo?'
' Het is geen bord.'  Mamma pakt een stuk papier en tekent hoe het er vanbinnen in haar buik uitziet.
'Dit is de navelstreng.'  Ze wijst op een soort slangetje dat aan de ene kant aan de navel van de baby vastzit en aan de andere kant aan haar buik.  'Van alles wat mamma eet, krijgt de baby ook een hapje,'  vertelt pappa.
'Ook van die zure haring met slagroom...? Blèèèè...'  Iris en Michiel trekken een vies gezicht.  'Geef hem nu maar gauw een koekje.'  Iris doet de trommel open en duwt een chocoladekoekje in mamma's mond.  'Dat vindt de baby heerlijk,'  zegt pappa.
'Maar als hij eet,'  bedenkt Michiel opeens,  'dan moet hij toch ook plassen en poepen?
'Ja,'  valt Iris hem bij.  'Waar doet hij dat dan?'
'Ook in het vruchtwater,'  legt mamma uit.
'Gatver!  Dan zwemt hij in z'n eigen stinkie-stankie!'  Iris en Michiel knijpen hun neus dicht.
'Nee, gekkies!'  Mamma schiet in de lach.  'Dat water wordt telkens schoongemaakt. Handig, hè?'

PLAAT  5
'Zwommen wij vroeger ook in jouw buik?'  'Jazeker.'  Mamma slaat een arm om hen heen.
'Maar wij waren met z'n tweetjes,'  zegt Michiel.  'Dat was veel leuker.'
'Wij hadden dikke keet,'  zegt Iris.  'Wij spatten elkaar nat.'
'Ja,'  Michiel geeft zijn zus een por.  'En ik pieste lekker stiekem in jouw oor.'
'En ik poepte op jouw hoofd,'  zegt Iris, stikkend van de lach.
Michiel kriebelt tegen mamma's buik.  'Ben je daarom ook misselijk, mam? Omdat hier een baby'tje zit?'

PLAAT  6
Mamma knikt.  'En af en toe wordt ik ook heel mopperig. Daar kan ik niets aan doen.'
Iris kruipt met haar hoofd onder mamma's trui. Ze houdt haar mond vlak bij de navel.  'Hallo, klein zwemmertje, maak jij mamma misselijk? Dat mag niet, hoor!'
'Hoort hij toch niet,'  zegt Michiel lachend.  'Nu nog niet,'  vertelt pappa.  'Maar over een poosje kan de baby alles door mamma's buik heen horen. Dan vindt hij het heerlijk als je een slaapliedje voor hem zingt. En soms schrikt hij ook. Als er een brommer knetterend langs raast bijvoorbeeld.'  'Dus dan kent hij onze stem al?'  vraagt Iris.  'Ja, over een paar maanden weet hij precies dat jij Iris bent.'  'Klopt,'  zegt Michiel stoer.  'Toen wij in Mamma's buik zaten, hoorden we jullie ook kletsen.
'Ja,'  verzint Iris.  'Pappa maakte altijd gekke grappen. En dan moest mamma lachen. En dan schommelden wij lekker heen en weer.'
'Heel hoog,'  bedenkt Michiel.  'Af en toe sloegen we zelfs over de kop.'
'Jullie zijn een mooi stel.'  Mamma stapelt de vuile borden op. 'Ga nu nog maar even buiten spelen. Niet te lang meer, anders wordt het te laat.'
'Dat is vals!'  roept Iris.  'Toen wij in jouw buik zaten, hoorden we jullie altijd zeggen dat wij nooit vroeg naar bed hoefden.'
'Ja,'  zegt Michiel.  'En we mochten net zoveel snoepen als we wilden.  ' Hij pikt vlug twee koekjes uit de trommel.  'Jokkebrokken!'

PLAAT  7
Pappa rent lachend achter hen aan, maar Iris en Michiel hollen de zandbak in. Ze maken een grote feesttaart. Omdat er een kindje komt.



Informatieblad 1A.2 Mahassine, de buurvouw krijgt een baby.
Mahassine.

Begin met Mahassine voor te stellen. Kies daarbij uit onderstaande informatie die gegevens, die de kinderen het meest aan zullen spreken.

Mabassine*

Leeftijd: 4 jaar.

* uitspraak: Mahássen, met een aangeblazen h die klinkt als een zeer zachte g.

Wat zij het liefst doet
Na school doet Mahassine graag spelletjes met haar beste vriend Bob. Als het mooi weer is, spelen ze met andere kinderen uit de buurt op het plein of in de speeltuin. Mahassine houdt ervan haar moeder te helpen met werkjes als de tafel afruimen en afdrogen.

School
Mahassine zit in groep 1, samen met Bob.
Haar moeder brengt haar achter op de fiets naar school en haalt haar ook weer op.
In de klas heeft Mahassine veel vrienden en vriendinnen.

Woonomgeving
Mahassine woont op de eerste verdieping van een laag flatgebouw in Driebergen. Ze kan met de lift gaan of over de trap. Achter de flat is een speeltuin.

Verder
Mahassine is geboren in Nederland. Ze spreekt Nederlands en Marokkaans-Arabisch. Ze is op vakantie geweest bij haar opa's en oma's in Marokko.
Mahassine maakt iedere dag zelf haar bed op.

'Hoe heten die koekjes ook alweer?'  vraagt Bob.
Met zijn handen rolt hij een sliert deeg over de keukentafel.  'Ben je dat al vergeten?'  roept Mahassine.  'Gewoon, halwa belouz**.'

** uitspraak: hálwa belóes (halwa met aangeblazen h, die klinkt als een zeer zachte g)

'Ik vind het zo moeilijk om te onthouden,'  zucht Bob.
'Halwa belouz,'  zegt Mahassine nog een keer. Ze pakt het schaaltje met noten. Haar laatste stukje deeg versiert ze met amandelen. Bob kiest voor pinda's. De moeder van Mahassine komt de keuken binnen.
,Mmm, dat ziet er goed uit.'  Ze legt de koekjes op de bakplaat en zegt:  'De buurvrouw is nu naar het ziekenhuis om de baby te krijgen. Vanavond komt ze misschien weer thuis. Ik heb beloofd dat ik haar zal helpen. Mahassine, jij gaat dus bij tante Fadila* logeren zoals we hebben afgesproken. Ik bak die koekjes meteen, dan kun je er wat meenemen. Tante Fadila zal niet weten wat ze proeft. Echte Marokkaanse koekjes. Pak jij je rugzak vast in?'

*uitspraak: Fadíla

'Ik help je wel,'  zegt Bob.
Als ze de keuken uitlopen, roept moeder hen achterna:  'Mahassine, vergeet je tandenborstel niet!'  'Jammer, nou kunnen we niet meer samen spelen,'  zegt Bob. Ze zitten met z'n tweeën op de kamer van Mahassine.
De kleren die mee moeten, liggen op de vloer. Bob zoekt wat speelgoed uit.
'Veel speelgoed hoef ik niet mee,'  zegt Mahassine.  'Samira*, mijn nichtje, heeft ook veel. En het kan niet allemaal in de tas.'

*uitspraak: Samíra

Bob zegt niets. Hij kijkt naar de legoblokken.  'Wil jij een keertje bij mij komen logeren?'  vraagt Mahassine Ze propt haar pyjama in de bijna volle rugzak.  'Ik zal het aan mama vragen. Ze vindt het vast goed.'  Bob wijst op de beer.  'Gaat Ayni** ook mee? Maar hij past niet in je rugzak.'
Mahassine knikt.  'ik houd hem gewoon vast. Maar voor deze jurk heb ik echt geen plaats meer.'

** uitspraak: Ajni

Ineens zegt Bob:  'Hé, ik ruik de koekjes! lekker!'  'Weet je nog hoe ze heten?'  vraagt Mahassine. 'Halwa belouz,' antwoordt Bob meteen.
In de keuken stopt moeder de helft van de koekjes in de rugzak. Daar is nog net plaats voor. De andere helft geeft ze aan Bob.  'Die zijn voor jou en voor je vader en moeder.'
Moeder pakt haar fiets en doet de rugzak voor in het fietsmandje. Dan tilt ze Mahassine en Ayni op en zet ze in het kinderzitje.

'Gaat het zo?'  vraagt ze.  'is Ayni niet te dik?'  'Nee, we passen er net in,'  zegt Mahassine. Ze zit een beetje ongelukkig. Dat zegt ze niet, anders mag Ayni misschien niet mee. Als ze wegrijden, zwaait ze naar Bob.

'Ik zal het vragen,'  roept ze. Bob weet niet wat hij terug moet zeggen. Daarom roept hij maar hard:  'Bedankt voor de halwa belouz!'

Onderweg vraagt Mahassine of Bob een keertje bij haar mag komen logeren. Moeder vindt het meteen goed.  'Het is ook niet leuk voor hem dat jij nu ineens weg moet. Maar ja, je weet nooit precies van tevoren wanneer er een baby komt.'
Net als Mahassine op de bel wil drukken, doet Samira de deur open.  'Hoi,'  zegt ze.  'ik zag jullie al door het raam.'  Moeder zet de fiets tegen het hek. Tante Fadila komt aanlopen.  'Wat heeft die beer van je mooie, bruine ogen,'  zegt ze.  'Daarom heet hij Ayni,'  zegt Mahassine.  'Dat betekent  ”mijn oogjes”  in het Marokkaans.'  Tante Fadila lacht.  'Ja, dat weet ik.'
Mahassines moeder zegt:  'ik ga meteen door, als jullie het niet erg vinden. De buurvrouw kan elk moment uit het ziekenhuis komen.'  Ze geeft Mahassine een zoen en fluistert in haar oor:  'Vergeet je de koekjes niet?'
Binnen pakt Mahassine de koekjes meteen uit.  'Halwa belouz,'  zegt ze.  'Zelf gebakken. Met mama en met Bob.'  'Lekker,'  roept Samira.  'Ga je mee naar mijn kamer?'  'Doe dat maar,'  zegt tante Fadila.  'Dan maak ik ondertussen het eten klaar.'
Op de kamer van Samira pakt Mahassine haar rugzak uit. Beer Ayni zit op de grond, met zijn rug tegen het bed.  'Wat een leuk t-shirt,'  roept Samira.  'Dat heeft Bob ingepakt,'  zegt Mahassine.  'Maar ik vind het zelf ook mooi.'
Samira zit al weer met haar handen in de rugzak. Ze is nieuwsgierig wat er nog meer in zit.  'Kijk, dit is nou mijn tandenborstel,'  zegt Mahassine.  'Mijn moeder was zo bang dat ik hem vergat. Ze heeft wel tien keer gevraagd:  ”Mahassine, heb je je tandenborstel bij je?”'  Ze doet de stem van haar moeder na. Samira moet erom lachen.
Dan vraagt Samira:  'Wie is Bob eigenlijk?'
Mahassine antwoordt:  'Een jongen uit mijn klas. We spelen vaak bij elkaar. Hij mag ook een keer komen logeren. Als je de volgende keer bij ons bent, kunnen we samen naar Bob gaan.'  Oom Omar* roept onderaan de trap:  'Komen jullie? We gaan eten.'

* uitspraak: Omar

Op tafel staan frietjes, een schaal met kofta**, een mandje brood en een paar borden olijven. Samira en Mahassine krijgen allebei appelsap. Ze drinken hun glas in één keer leeg.  'Mogen we nog wat appelsap?'  vraagt Samira.
'Straks kan er weer gedronken worden,'  beslist tante Fadila  'Ga nou eerst maar eens eten.'

**gehaktballetjes in tomatensaus. Uitspraak: kófta

Samira en Mahassine beginnen aan de patat met gehaktballetjes. Mahassine neemt er meteen een schep olijven bij,  'Daar ben ik gek op,'  zegt ze. Na het eten zet tante Fadila de koekjes op tafel. iedereen vindt de halwa belouz heerlijk. Samira vraagt aan haar moeder:  'Wanneer gaan wij iets lekkers bakken?'  'Misschien zondag,'  zegt moeder,  'helpen jullie mij eerst maar eens met de afwas.'  Terwijl ze in de keuken zijn, gaat de telefoon. Oom Omar roept:  'Mahassine, het is voor jou!'
Mahassine rent naar de kamer. Misschien is het haar moeder. Gauw pakt ze Ayni van een stoel. Dan neemt ze de hoorn op.  'Met Mahassine.'
Haar moeder zegt:  'Mahassine, je hebt een nieuw buurmeisje! Ze heeft een hoofd vol prachtige zwarte haartjes. Morgen vroeg kom ik je ophalen. Dan gaan we meteen kijken.'  'Een meisje!'  roept Mahassine.  'Dat wou ik zo graag.'  Ze drukt Ayni stevig tegen zich aan. Ze vertelt dat iedereen de koekjes lekker vindt. Haar moeder vraagt of het goed gaat met het logeren  'Ja, hoor,'  zegt Mahassine.  'ik heb Ayni toch bij me!'  Ze geeft hem vlug een zoen op zijn zachte snuit. Dan zegt ze met een ernstige stem:  'Mama, er is iets ergs gebeurd. Ik heb mijn tandenborstel vergeten.'  'Meisje toch,'  zucht moeder,  'ik heb het je nog zó gezegd!'  'Grapje,'  roept Mahassine in de hoorn.  'Maarre - mag Samira ook een keertje bij ons komen logeren? Dan kan ze meteen Bob zien en ons nieuwe buurmeisje.'  'Natuurlijk,'  antwoordt moeder.  'Maar ga jij nu eerst maar eens lekker slapen.'  Mahassine wenst haar moeder welterusten en hangt op. Met Ayni in haar armen rent ze achter Samira aan de trap op  'Mama vindt het goed dat je komt logeren,'  zegt ze.  'Misschien mag het morgen al!'



Informatieblad 1A.3 Een baby met een krul in het haar.
Dag baby!


Een baby met een krul in het haar.

Ik zoek een baby met een krul in het haar,
Roze wangen en een rammelaar,
Spierwitte luier en een plastic broek,
Dat is de baby die ik zoek.


Dag baby.

Dag baby piepklein in de wieg.
Hoor ik jou daar huilen?
Wat maak je veel geluiden.
Stil maar hoor, je mamma komt zo terug.
Mamma lacht en baby lacht terug.
Hoor nou toch die kleine baby kraaien in de wieg.

Dag baby piepklein in de wieg.
Hoor ik jou daar huilen?
Wat maak je veel geluiden.
Wil je op je buik of op je rug?
Ben je boos, wil jij je knuffel terug?
Wil je soms wat drinken, uit het flesje met de speen?

Dag baby piepklein in de wieg.
Hoor ik jou daar hikken?
Zal jij je niet verslikken?
Toe nou kleine, drink nou niet zo vlug.
Anders komt die hik weer terug!
Laat maar gauw een boertje
Nou zeg, die kwam uit je teen!


 

Informatieblad 1A.4 Turks wiegelied.
Küçücüktüm, o büyüttü
Bana emek verdi
Kana dini gerdi
Annem, annem. Ey bir tanem

Ben ne zaman hasta olsam
Sessiz sessiz aglar
Yüregini daglar
Annem, annem. Ey bir tanem

Hep hayalin gözümdedir
Hulagimda ninnin
Yüregimde sevgin
Annem, annem . Ey bir tanem


Uitspraak: Ku-tsjuudjuk-tuum, o buu-juu-tuu
Ba-na è-mèk wèr-die
Ka-na-dë-në kèr-die
An-nèm an-nèm èj bier ta-nèm

Bèn nè za-man has-ta ol-sam
Sès-siez sès-siez aa-lar
Juu-rèè-iè-mie daa-lar
An-nèm an-nèm èj bier ta-nèm

Hèp-ha-jà-lien keu-zuum-dè-dier
Koe-laa-ëm-da nien-nien
Juu-rèè-iem-dè sèw-kien
An-nèm an-nèm èj bier ta-nèm

Vertaling: Ik was erg klein, je hebt me grootgebracht.
Je hebt voor mij goed gezorgd en je hebt me beschermd.
Moeder, mijn moeder, mijn lieveling.

Wanneer ik ziek ben, weet ik dat je verdriet hebt.
Ik weet dat je je soms zorgen maakt.
Moeder, mijn moeder, mijn lieveling.

Als ik mijn ogen sluit, zie ik je voor me.
Ik hoor jouw slaaplied en je liefde vult mijn hart.
Moeder, mijn moeder mijn lieveling.